Leerling
Iedere ochtend gaat hij trouw naar school,
door weer en wind, van kilometers ver
– moe heeft z’n brood gesmeerd, hem uitgezwaaid -.
Hij zet z’n fiets weg, en haast zich gedwee
naar het lokaal. Gaat zitten. Dan ‘t gebed:
Dat ze vandaag maar weer kracht-van-omhoog
ontvangen mogen en hun werk met ijver
volbrengen. Amen. Dan begint de les.
o gaat dat alle dagen door. Hij leert
en leert en leert, en doet goed zijn best.
En later zal hij veel verdienen en vanuit
de hoogte neerzien op het ouderlijke nest.
Anton Korteweg (De stormwind van zijn hand – 1975)