d’oude waterput
steun zoekend
na een rijk en bewogen leven
is zij verweesd achter gebleven
met de laatste krachten
biedt zij weerstand aan verval
verloochent haar betekenis niet
ooit de bron van leven en kracht
lijkt zij ogenschijnlijk nog zo te gebruiken
toch rest slechts nut als ruimte voor opslag
op het vale erf tekent de zon
de spiegel van het vergane leven
als mistige voorbode van wat gaat komen
dankbaar voor wat er was
zonder antwoord op de nieuwe morgendag
is zij, net een oude dame, breekbaar en fragiel
langzaam verruilt zij haar last
samen met haar oude vriend de regen
en wacht geduldig.
Cornelis H. Hagestein – augustus 2014